Na zware Amerikaanse druk besloot de Nederlandse regering tot het uitzenden van grondtroepen en in augustus 1950 werden in Nederland vrijwilligers opgeroepen voor de strijd tegen de Noord-Koreaanse agressie. Er meldden zich 1670 vrijwilligers en in oktober werd het Nederlands Detachement Verenigde Naties (NDVN) opgericht. De eerste groep van 636 man onder bevel van luitenant-kolonel M.P.A. den Ouden vertrok op 26 oktober 1950 met het transportschip Zuiderkruis. Het laatste detachement vertrok in juli 1954. Eind 1954 waren alle manschappen van het Nederlandse detachement terug. Het Nederlandse leger werd uitgerust met Amerikaanse kleding en viel onder het 38th Regiment van de 2nd 'Indianhead' Infantry Division (8th Army) van de Amerikanen. In de periode 1950-1954 waren 4748 Nederlandse militairen afkomstig van de Koninklijke Landmacht, Koninklijke Marine en Korps Mariniers ingezet bij de strijd in Korea, van wie er 122 sneuvelden. Drie zijn vermist. De zwaarste gevechten waarbij zij waren betrokken waren die te Hoengseong, Wonju en Inje. Bij Hoengseong (februari 1951) sneuvelden 15 Nederlanders, onder wie de commandant, overste Den Ouden. Bij Inje (juni 1951) kwamen 20 Nederlandse militairen om
Het NDVN in Korea was ingedeeld bij het 38th U.S. Infantry Regiment "Rock of the Marne". De belangrijkste acties van het NDVN waren:
- 1951 Hoengseong, Wonju, Hill 325, Hwachonreservoir, Inje, Taeusan, Mundung-ni, Iron Triangle
- 1952 Silver Star Hill, Star Hill, Sagimak, Chungmoksil. Koje-do, Old Baldy, Arsenal, Iron Triangle
- 1953 Samichon valley, Nudea, Iron Triangle(3rd time), Chunmoksil, Hill 340.