De fabrieken die surrogaatproducten produceerden moesten zich houden aan de Tabak en Tabaksproductenbeschikking van 1940, waarbij in deze wet weinig onderscheid te bespeuren valt tussen echte onbewerkte tabak en surrogaten. Surrogaattabak viel eveneens onder de distributiewet. Ook waren er regels voor de verpakking van surrogaten.Op de verpakking moest de naam van de fabrikant of zijn merk vermeld worden. Verder het R.B.T.T.nummer, de consumentenprijs, de inhoud, aantal of gewicht van het artikel en het opschrift: “ SURROGAAT” en “ BEVAT GEEN TABAK”.