Baret korps Luchtvaart strijdkrachten (Beret Korps Luchtvaart Strijdkrachten)

blauw baret, leren zweetrand met correcte badge, maat 54

UITVERKOCHT / SOLD
Betaalwijzes

In 1945, vlak na het einde van de Tweede Wereldoorlog, moesten de nieuwe Luchtstrijdkrachten (LSK) uit het niets worden opgebouwd. De toen beschikbare militaire vliegvelden werden voorzien van materieel en vliegtuigen. Vaak waren dit overtollige Engelse voorraden.

Omdat iedere vorm van beveiliging voor deze vliegvelden nog ontbrak kreeg de toenmalige Luitenant Kolonel Zegers van Generaal Majoor Giebel van het Commando Luchtstrijdkrachten, eind 1945 de opdracht tot het vormen van een nieuw regiment dat zou worden belast met één specifieke taak: de beveiliging van alle militaire vliegvelden.

De opleiding duurde lang en de eisen waren zwaar, omdat men de beschikking wilde hebben over een elite-eenheid. De naam van het nieuwe regiment werd het commando Luchtvaarttroepen (LVT).

De opdracht voor de vorming van het commando LVT, eind 1945, was moeilijk. Er was kader nodig. Daarom werden alle toekomstige LVT-officieren en -onderofficieren eerst herschoold op de Klooster- en de Chassé kazerne te Breda. In maart 1946 ging eerst nog een voordetachement naar Breda en in april 1946 kwamen er de eerste 200 dienstplichtigen op.

Omdat zij deel zouden uitmaken van een keurkorps werd de dienstplicht voor de aanstaande LVT’ers gesteld op een periode van 2 jaar. De eerste 9 maanden bestonden uit een infanterie en een beveiligingsopleiding gevolgd door 15 maanden plaatsing op een militair vliegveld. Naast de beveiligingstaken die in pelotonsterkte werden uitgevoerd waren de LVT’ers hier ook gespecialiseerd in vliegtuigherkenning en in de bediening van de lokale luchtafweer.

Tijdens de introductie werd hen te kennen gegeven dat een deel van hen misschien in Indië werd gelegerd. Ze werden voorlopig gelegerd in de Kloosterkazerne want de Chassékazerne was toen nog bezet door troepen van de 1e Poolse pantserdivisie van generaal Maczek, die Breda hadden bevrijd. In juni 1946 kwamen uit alle delen van het land 1300 man naar Breda; de rest van de eigenlijke lichting 1945. Uit de totaal 1.500 man werden twee bataljons gevormd.

Luitenant-kolonel Zegers was niet alleen de bouwer en de grote motor achter het commando Luchtvaarttroepen maar werd ook de eerste commandant van dit eliteonderdeel. Bij de eerste verjaardag van het commando LVT, op 1 april 1947, werden de manschappen door generaal-majoor Giebel de "mariniers van de militaire luchtvaart" genoemd. Hij begreep als geen ander dat de luchtmacht voor de beveiliging van haar vliegvelden over een keurkorps diende te beschikken. Daarom werden ook enkele speciale symbolen toegekend.

Na het volbrengen van de eerste negen maanden opleiding ontving iedere LVT’er een grijsblauwe baret met een LVT-embleem bestaande uit de adelaar, de vliegersvink, met daarboven een kroon en eronder twee gekruiste geweren ten teken van de indeling als operationeel infanterist bij de Luchtmacht. De bijbehorende wapenspreuk was: "Krijgstucht en Kameraadschap".

Eind van dezelfde maand werd door het toenmalige Commando Militaire Luchtvaart in Batavia het verzoek gedaan voor ondersteuning van de vliegveldbeveiliging in Nederlands-Indië met vier compagnieën LVT. Deze werden georganiseerd als tirailleurcompagnie ingezet. Het vertrek werd gesteld op juli 1947.

Het verblijf van de LVT-compagnieën duurde tot maart 1950 toen de laatste LVT-compagnie met het MS Waterman terugkeerde in Nederland. Bij terugkeer werden alle leden van de Indië compagnieën Luchtvaarttroepen met een persoonlijk schrijven door Prins Bernhard een "Welkom Thuis" geheten.

 

Baret korps Luchtvaart troepen

Meer afbeeldingen

  • Baret korps Luchtvaart troepen
  • Baret korps Luchtvaart troepen
  • Baret korps Luchtvaart troepen
  • Baret korps Luchtvaart troepen